– Asselbergs, 1980 : Fons Asselbergs, « ‘Het Morgenrood eener Wedergeboorte’: P. J. H. Cuypers, architect (1827-1921) », dans De negentiende eeuw, 4/4, 1980, p. 165-168.
– Baalman, 1991 : Dirk Baalman, « Nederlands eerste hoogleraar bouwkunde: Eugen Gugel », dans De Sluitsteen, 7/2-3, 1991, p. 43-66.
– Bank, 1990 : Jan Bank, Het roemrijk vaderland: cultureel nationalisme in Nederland in de negentiende eeuw, La Haye, 1991.
– Benevolo, 1966 : Leonardo Benevolo, Storia dell’ architettura moderna, Bari, 1966.
– Berens, 1999 : Hetty Berens, W. N. Rose (1801-1877): stedenbouw, civiele techniek en architectuur, Rotterdam, 1999.
– Berens, 2007 : Hetty Berens éd., P. J. H. Cuypers (1827-1921): The Complete Works, Rotterdam, 2007.
– Berlage, 1895 : Hendrik Petrus Berlage, « Over architectuur », dans Tweemaandelijksch Tijdschrift, 1/2, p. 417-427, juillet 1895 ; 2, janvier 1896, p. 202-235.
– Bertram, 2008 : Christian Bertram, « Isaac Warnsinck, Karl Friedrich Schinkel en de hervorming van de Nederlandse architectuur rond 1840 », dans De negentiende eeuw, 32/1, 2008, p. 27-36.
– Bertram, 2009 : Christian Bertram, Stille Grösse: das niederländische Interesse an deutscher Architektur und Architekturförderung im 19. Jahrhundert, (thèse, université de Groningue), Groningue, 2009.
– Bevaart, 1998 : Willem Bevaart, Bronbeek: tempo doeloe der liefdadigheid, La Haye, 1998.
– Blaas, 1982 : Piet Blaas, « De prikkelbaarheid van een kleine natie met een groot verleden: Fruins en Bloks nationale geschiedschrijving », dans Theoretische Geschiedenis, 9, 1982, p. 271-303.
– Blaas, 1985 : Piet Blaas, « De Gouden Eeuw: overleefd en herleefd. Kanttekeningen bij het beeldvormingsproces in de 19de eeuw », dans De negentiende eeuw, 9, 1985, p. 109-130.
– Bock, 1983 : Manfred Bock, Anfänge einer neuen Architektur: Berlages Beitrag zur architektonischen Kultur der Niederlanden im ausgehenden 19. Jahrhundert, La Haye/Wiesbaden, 1983.
– Borsi, 1979 : Franco Borsi, « L’éclectisme architectural aujourd’hui », dans Maurice Culot éd., Le Siècle de l’éclectisme : 1830-1930, Paris/Bruxelles, 1979, p. 49-64.
– Botman, Van den Heuvel, 1989 : Eveline Botman, Petra van den Heuvel, Het tekeningenarchief A. N. Godefroy: architectuurtekeningen 1841-1896, Rotterdam, 1989.
– Brouwer, 2011 : Petra Brouwer, De wetten van de bouwkunst: Nederlandse architectuurboeken in de negentiende eeuw, Rotterdam, 2011.
– Busken Huet, 1882-1884 : Conrad Busken Huet, Het land van Rembrand: studiën over de Noordnederlandsche beschaving in de zeventiende eeuw, Haarlem, 1882-1884.
– Cotton Mills for the Continent, 2005 : Cotton Mills for the Continent: Sidney Stott en de Engelse spinnerijen in Munsterland en Twente, Arnold Lassotta et al. éd., (cat. expo., Bocholt, Westfälisches Industriemuseum Textilmuseum/Enschede, Museum Jannink/Rheine, Textilmuseums, 2005), Essen, 2005.
– De Groot, 1982 : Arie de Groot, « Rationeel en functioneel bouwen 1840-1920 », dans Het Nieuwe Bouwen: Voorgeschiedenis, Delft/Amsterdam, 1982, p. 23-83.
– De Jong, Krabbe, Boersma, 1993 : Erik de Jong, Coert Peter Krabbe, Tiede Boersma éd., Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst: schetsen uit de geschiedenis van het genootschap, Amsterdam, 1993.
– De Jong, 2001 : Sigrid de Jong, J. H. Leliman (1828-1910): eclecticisme als ontwerpmethode voor een nieuwe bouwkunst, Rotterdam, 1901.
– De Maeyer, 2007 : Jan de Maeyer, « P. J. H. Cuypers in an International Comparative Perspective: The Dutch Viollet-le-Duc? », dans Berens, 2007, p. 45-51.
– Delheij, 1993 : Volmar Delheij, « Van neoclassicisme naar neogotiek in de Limburgse kerkbouw. De bouwgeschiedenis van de Onze Lieve Vrouw Onbevlekt Ontvangen te Amstenrade (1850-1856) », dans De Maasgouw, 112/2, 1993, p. 57-84.
– Fanelli, 1968 : Giovanni Fanelli, Architettura moderna in Olanda 1900-1940, Florence, 1968.
– Finaly, 1996 : Isja Finaly, Doorbroken barrières: architect F. W. van Gendt (1831-1900) en de negentiende-eeuwse stadsuitbreidingen, Bussum, 1996.
– Gerlagh, 2007 : Bert Gerlagh, « Eduard Cuypers en Amsterdam, de eerste vijfentwintig jaren », dans Jaarboek Amstelodamum, 99, 2007, p. 134-191.
– Gosschalk, 1864 : Isaac Gosschalk, « Museum Willem I », dans De Nederlandsche Spectator, 9, 1864, p. 130-131, 148-149, 164-165.
– Gosschalk, 1905 : Isaac Gosschalk, « Over stijl in bouw- en meubelkunst, door H. P. Berlage », dans De Amsterdammer: weekblad voor Nederland, 1459, 11 juin 1905, p. 2-3.
– Gugel, (1869) 1886 : Eugen Gugel, Geschiedenis van de bouwstijlen in de hoofdtijdperken der architectuur, Arnhem, (1869) 1886.
– Gugel, 1880-1888 : Eugen Gugel, Architectonische vormleer, vol. 1, Amsterdam, 1880 ; vol. 2-4, La Haye, 1882-1888.
– Hoogewoud, 1984 : Guido Hoogewoud, « De Amsterdamse beursprijsvraag van 1884 », dans Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek, 25, 1974, p. 277-365.
– Hoogewoud, Kuyt, Oxenaar,1985 : Guido Hoogewoud, Janjaap Kuyt, Aart Oxenaar, P. J. H. Cuypers en Amsterdam: gebouwen en ontwerpen 1860-1898, La Haye, 1985.
– Jacques, 1995 : Annie Jacques, Les Dessins d’architecture du xixe siècle, Paris, 1995.
– Jansen et al., 2009 : Mieke Jansen et al., Paleis Soestdijk: drie eeuwen Huis van Oranje, Amsterdam/Zwolle, 2009.
– Keuning, Lansink, 1999 : David Keuning, Lydia Lansink, A. L. van Gendt (1835-1901), J. G. van Gendt (1866-1925), A. D. N. van Gendt (1870-1932): architecten in zaken, Rotterdam, 1999.
– Krabbe, 1987 : Coert Peter Krabbe, « De kunst boven alles. Over architect A.C. Bleijs en de St. Cyriacuskerk in Hoorn », dans De Sluitseen, 3/2, 1987, p. 9-15.
– Krabbe, 1991 : Coert Peter Krabbe, « Kasteel ‘Oud Wassenaar’ en het ontstaan van de ‘Delftse Renaissance’ », dans De Sluitsteen, 7/2-3, 1991, p. 67-85.
– Krabbe, 1998 : Coert Peter Krabbe, Ambacht Kunst Wetenschap: bevordering van de bouwkunst in Nederland (1775-1880), Zwolle, 1998.
– Krabbe, 2009 : Coert Peter Krabbe, Droomreis op papier: de Prix de Rome en de Nederlandse architectuur (1808-1851), Leyde, 2009.
– Krabbe, Van der Woud, 2007 : Coert Peter Krabbe, Auke van der Woud, « De negentiende eeuw », dans Koos Bosma éd., Bouwen in Nederland 600-2000, Zwolle, 2007, p. 424-535.
– Kuyt, Middelkoop, Van der Woud, 1997 : Janjaap Kuyt, Norbert Middelkoop, Auke van der Woud, Bouwmeesters van Amsterdam: G. B. Salm & A. Salm GBzn, (cat. expo., Amsterdam, Gemeentearchief, 1997), Amsterdam/Rotterdam, 1997.
– Lansink, 1988 : Lydia Lansink, « Van Gendt, voortreffelijk, in alle opzichten lofwaardig – Een man van zaken », dans Historie en kroniek van het Concertgebouw en het Concertgebouworkest 1888-1988, I, Voorgeschiedenis 1888-1945, Zutphen, 1988, p. 149-166.
– Looijenga, 1991 : Arjen Looijenga, De Utrechtse school in de neogotiek: de voorgeschiedenis en het Sint Bernulphusgilde, Leyde, 1991.
– Looijenga, 2000 : Arjen Looijenga, « How Roman Catholics became Gothicists. The Gothic Revival in the Netherlands », dans Jan de Maeyer, Luc Verpoest éd., Gothic Revival: Religion, Architecture and Style in Western Europe 1815-1914, (colloque, Louvain, 1997), Louvain, 2000, p. 75-89.
– Moes et al., 1991 : Constance Moes et al., Architectuur als sieraad van de natuur: de architectuurtekeningen uit het archief van J. D. Zocher jr. (1791-1870) en L. P. Zocher (1820-1915), Rotterdam, 1991.
– Meul, 1998 : Veerle Meul, « Het Groningse stationsgebouw van Isaac Gosschalk en de Antwerpse handelsbeurs van Joseph Schadde: een bijzondere relatie », dans De Sluitsteen, 14, 1998, p. 22-40.
– Niemeijer et al., 1985 : Jan Walter Niemeijer et al., Honderd jaar Rijksmuseum 1885-1985, Weesp, 1985.
– Oosterhoff, 1988 : Jaap Oosterhoff, Bouwtechniek in Nederland, I, Constructies van ijzer en beton, Delft, 1988.
– Oxenaar, 1989 : Aart Oxenaar, Centraal Station Amsterdam: het paleis voor de reiziger, La Haye, 1989.
– Oxenaar, 1993a : Aart Oxenaar, « Uitwegen voor een hardnekkig dilemma », dans Bernard Colenbrander éd., Stijl: norm en handschrift in de Nederlandse architectuur van de negentiende en twintigste eeuw, Rotterdam, 1993, p. 18-55.
– Oxenaar, 1993b, Aart Oxenaar, P. J. H. Cuypers, het Rijksmuseum: schetsen en tekeningen (1863-1908), Rotterdam, 1993.
– Oxenaar, 2009 : Aart Oxenaar, P. J. H. Cuypers en het gotisch rationalisme: architectonisch denken, ontwerpen en uitgevoerde gebouwen 1845-1878, Rotterdam, 2009.
– Palmaerts, 2005 : Geert Palmaerts, Eclecticisme: over moderne architectuur in de negentiende eeuw, Rotterdam, 2005.
– Peeters, 1991 ; C. J. A. C. Peeters, « De neogotiek tussen nijverheid en kunst », dans Tijdschrift voor Geschiedenis, 104, 1991, p. 356-380.
– Pey, 2004 : Ineke Pey, Bouwen voor gezeten burgers: herenhuizen en villa’s in de nieuwe stadswijken van Utrecht, Groningen en Nijmegen (1874-1901), Zwolle/Zeist, 2004.
– Pinchon, 1991 : Jean-François Pinchon, Edouard Niermans : architecte de la Café-Society, Liège, 1991.
– Polano, 1988 : Sergio Polano, Hendrik Petrus Berlage: the Complete Works, New York, 1988.
– Praamstra, 2007 : Olf Praamstra, Conrad Busken Huet: een biografie, Amsterdam, 2007.
– Reizen naar Rome, 1984 : Reizen naar Rome: Italië als leerschool voor Nederlandse kunstenaars omstreeks 1800, (cat. expo., Haarlem, Teylers Museum/Rome, Koninklijk Nederlands Instituut Rome, 1984), Rome, 1984.
– Rosenberg, 1971 : H. P. R. Rosenberg, « De neogotiek van Cuypers en Tepe’ », dans Bulletin KNOB, 70/1, 1971, p. 3-5.
– Rosenberg, 1972 : H. P. R. Rosenberg, De 19de-eeuwse kerkelijke bouwkunst in Nederland, La Haye, 1972.
– Rosenberg, 1987 : Paul Rosenberg, Geschiedenis van het rijksbouwen: Jacobus van Lokhorst, La Haye, 1987.
– Schade, 1981 : Carol Schade, Woningbouw voor arbeiders in het 19de-eeuwse Amsterdam, Amsterdam, 1981.
– Schilt, 1992 : Jeroen Schilt, Jouke van der Werf, Genootschap Architectura et Amicitia, 1855-1990, Rotterdam, 1992.
– Schiphorst, 2004 : Lidwien Schiphorst, Een toevloed van werk, van wijd en zijd: de beginjaren van het Atelier Cuypers-Stoltzenberg, Roermond 1852 tot ca. 1865, (thèse, Katholieke Universiteit Nijmegen), Nimègue, 2004.
– Stenvert, 1992 : Ronald Stenvert, « Die Wiederentdeckung der Renaissance in der niederländischen Architektur », dans Renaissance der Renaissance: ein bürgerlicher Kunststil im 19. Jahrhundert, (Schriften des Weserrenaissance-Museums Schloss Brakel bei Lemgo, 8), Munich/Berlin, 1992.
– Stenvert, 1996 : Ronald Stenvert, Ontwerpen voor wonen en werken: 125 jaar bureau Beltman, Utrecht, 1996.
– Storm van ’s-Gravesande, 1843 : Carel Marius Storm van ’s-Gravesande, Handleiding tot de kennis der burgerlijke en militaire bouwkunst voor de kadetten der genie, Breda, 1843.
– Tafuri, Dal Co, 1976 : Manfredo Tafuri, Francesco dal Co, Architettura Contemporanea, Milan, 1976.
– Te Velde, 1993 : Henk te Velde, « L’origine des fêtes nationales en France et aux Pays-Bas dans les années 1880 », dans Pim den Boer, Willem Frijhoff éd., Lieux de mémoire et identités nationales, Amsterdam, 1993, p. 105-109.
– Van der Laarse, 2000 : Rob van der Laarse, « De Deugd en het Kwaad. Liberalisme, conservatisme en de erfenis van de Verlichting », dans J. C. Hans Blom, Jaap Talsma éd., De verzuiling voorbij: godsdienst, stand en natie in de lange negentiende eeuw, Amsterdam, 2000, p. 2-45.
– Van der Peet, Steenmeijer, 1995 : Corjan van der Peet, Guido Steenmeijer éd., De Rijksbouwmeesters: twee eeuwen architectuur van de Rijksgebouwendienst en zijn voorlopers, Rotterdam, 1995.
– Van der Woud, 1987 : Auke van der Woud, Het lege land: de ruimtelijke orde van Nederland 1798-1848, Amsterdam, 1987.
– Van der Woud, 1993a : Auke van der Woud, « Onze negentiende eeuw. Visies op de Nederlandse neogotiek », dans Archis, 2, 1993, p. 71-80.
– Van der Woud, 1993b : Auke van der Woud, Onuitsprekelijke schoonheid: waarheid en karakter in de Nederlandse bouwkunst, Groningue, 1993.
– Van der Woud, 1996 : Auke van der Woud, « Ondergang en wederopstanding van de neogotiek in Nederland », dans Ons Erfdeel, 5, 1996, p. 737-745.
– Van der Woud, 1997 : Auke van der Woud, Waarheid en karakter: het debat over de bouwkunst, 1840-1900, Rotterdam, 1997 [éd. angl. révisée : The Art of Building, from Classicism to Modernity: The Dutch Architectural Debate 1840-1900, Aldershot, 2001].
– Van der Woud, 2000 : Auke van der Woud, « Het Rijksmuseum, ‘onze nationale schatkamer’: vragen over ons, de schat en de kamer », dans Feit & Fictie: tijdschrift voor de geschiedenis van de representatie, 5, automne 2000, p. 8-19.
– Van der Woud, 2006 : Auke van der Woud, Een nieuwe wereld: het ontstaan van het moderne Nederland, Amsterdam, 2006.
– Van der Woud, 2008 : Auke van der Woud, Sterrenstof: honderd jaar mythologie in de Nederlandse architectuur, Rotterdam, 2008.
– Van der Woud, 2010 : Auke van der Woud, Koninkrijk vol sloppen: achterbuurten en vuil in de negentiende eeuw, Amsterdam, 2010.
– Van Eck, 1994 : Caroline van Eck, Organicism in 19th century Architecture: An Inquiry into its Theoretical and Philosophical Background, Amsterdam, 1994.
– Van Eck, Van den Eynde, Van Leeuwen (Wilfred), 1994 : Caroline van Eck, Jeroen van den Eynde, Wilfred van Leeuwen éd., Het Schilderachtige: studies over het Schilderachtige in de Nederlandse kunsttheorie en architectuur, Amsterdam, 1994.
– Van Haaren, Mattie, Roosebeek, 2004 : Marloes van Haaren, Erik Mattie, Marina Roosebeek et al., Atlas van de 19de-eeuwse Ring Amsterdam, Amsterdam, 2004.
– Van Hellenberg Hubar, 1997 : Bernadette van Hellenberg Hubar, Arbeid en Bezieling: de esthetica van P. J. H. Cuypers, J. A. Alberdingk Thijm en V. E. L. de Stuers, en de voorgevel van het Rijksmuseum, (thèse, Katholieke Universiteit Nijmegen), Nimègue, 1997.
– Van Hellenberg Hubar, Van Leeuwen (Wies), 1987 : Bernadette van Hellenberg Hubar, Wies van Leeuwen, « In omni re vincit imitationem veritas. Het roemloze einde van het voormalige Rijksarchief te ’s-Gravenhage », dans Nederlands Archievenblad, 91, 1987, p. 289-313.
– Van Leeuwen (Wies), 1979 : Wies van Leeuwen, « Tot sieraad der omgeving. Het kerkelijk bouwbedrijf van 1795 tot 1913 », dans Naar gothieken kunstzin: kerkelijke kunst en cultuur in Noord-Brabant in de negentiende eeuw, Jan van Laarhoven éd., (cat. expo., Bois-le-Duc, Noordbrabants Museum, 1979), Bois-le-Duc, 1979. p. 29-48.
– Van Leeuwen (Wies), 1995 : Wies van Leeuwen, De maakbaarheid van het verleden: P. J. H. Cuypers als restauratiearchitect, (thèse, Katholieke Universiteit Nijmegen), Zwolle, 1995.
– Van Leeuwen (Wies), 2007 : Wies van Leeuwen, P. J. H. Cuypers architect (1927-1921), Zwolle, 1995.
– Van Leeuwen (Wilfred), 1987a : Wilfred Van Leeuwen, « Rationeel en schilderachtig. Isaac Gosschalk en het begin van de neorenaissance in Nederland », dans Archis, 2, 1987, p. 30-39
– Van Leeuwen (Wilfred), 1987b : Wilfred Van Leeuwen, « ‘Daar waar de menschheid juicht, leeft gloed in ’t kille water’. Amsterdam voor koning Willem III in een tuin herschapen », dans Ons Amsterdam, 39/4, 1987, p. 106-111.
– Van Leeuwen (Wilfred), 1991 : Wilfred Van Leeuwen, « Tussen droom en daad. Jan Springer als kwartiermaker van een visionaire architectuur », dans De Sluitsteen, 7/1, 1991, p. 3-23.
– Van Leeuwen (Wilfred), 1993 : Wilfred Van Leeuwen, « Woning- en utiliteitsbouw », dans Harry Lintsen éd., Geschiedenis van de techniek in Nederland: de wording van een moderne samenleving 1800-1890, III, Textiel. Gas, licht en elektriciteit. Bouw, Zutphen, 1993, p. 197-231.
– Van Leeuwen (Wilfred), 2000 : Wilfred Van Leeuwen, « 19th-Century Rationalism in The Netherlands: Pedigree or Shadow Play? », dans Jan de Maeyer, Luc Verpoest éd., Gothic Revival: Religion, Architecture and Style in Western Europe 1815-1914, (colloque, Louvain, 1997), Louvain, 2000, p. 249-254.
– Van Leeuwen (Wilfred), 2003 : Wilfred Van Leeuwen, « Ons bindt de vrijheid. Over het werk van Isaac Gosschalk en zijn ontwerpen voor Zeeger Deenik & Zn. », dans Nieuwsbrief van de Vereniging Vrienden van Stadsherstel Amsterdam N. V., 53, 2003, p. 5-27.
– Van Leeuwen (Wilfred), 2007a : Wilfred Van Leeuwen, « A Giant with Feet of Clay. Cuypers in the Dutch Architectural Landscape », dans Berens, 2007, p. 15-29.
– Van Leeuwen (Wilfred), 2007b : Wilfred Van Leeuwen, « Nationalisme en rationalisme. Nederlandse neorenaissance 1870/1910 », dans Pinakotheke, 24-25, 2007, p. 194-199.
– Veenland-Heineman, 1984 : Karin M. Veenland-Heineman, « Lucas Hermanus Eberson (1822-1889), een ‘volkomen onbeduidende architect’ », dans Leids Kunsthistorisch Jaarboek, 3, 1984, p. 467-494.
– Vermeulen, 1965 : Frans Vermeulen, ABC der bouwstijlen in de Nederlanden, Amsterdam, 1965.
– Von der dunk, 1987 : Thomas von der Dunk, « Van Helvoort en de begrippen Waterstaatskerk en Waterstaatsstijl », dans De Sluitsteen, 3/2, 1987, p. 26-30.
– Von der dunk, 1992a : Thomas von der Dunk, « Wat er staat is zelden Waterstaat. Overheidsbemoeienis bij de vormgeving van katholieke kerkgebouwen in Gelderland in de tweede helft van de negentiende eeuw », dans Bulletin KNOB, 91, 1992, p. 1-14.
– Von der Dunk, 1992b : Thomas von der Dunk, « Hoe katholiek is de neogotiek? De hervormden en de herwaardering van het middeleeuwse verleden rond het midden van de negentiende eeuw », dans Tijdschrift voor geschiedenis, 105, 1992, p. 565-584.
– Von der Dunk, 1994 : Thomas von der Dunk, « Jhr. Victor de Stuers en het Rijksmuseum : de controverse inzake de zege van Cuypers bij de prijsvraag van 1875 nader bezien », dans Bulletin van het Rijksmuseum, 42/1, 1994, p. 37-77.
– Watkin, 1991 ; David Watkin, Morality and Architecture: The Development of a Theme in Architectural History and Theory from the Gothic Revival to the Modern Movement, Oxford, 1977.